Delft breidt autoluwe binnenstad uit: meer ruimte voor lopen, fietsen en verblijven

Delft werkt aan meer ruimte in de binnenstad voor de voetganger, voor vergroening, fietsparkeren en verblijven. Na de eerste stappen richting een autoluw centrum in de jaren ’90, staat de gemeente nu aan de vooravond van een verdere uitbreiding van het autoluwe gebied. Kay van der Kraan adviseert de gemeente Delft in dit traject over het parkeerbeleid. Het project maakt deel uit van de bredere mobiliteitsstrategie van Delft en is een mooi voorbeeld van hoe de gemeente met slim parkeerbeleid werkt aan een leefbaardere (binnen)stad.

Stap voor stap naar minder auto’s op straat

Kay:” De uitbreiding van het autoluwe gebied in Delft gebeurt in twee stappen. In de eerste fase verdwijnen er parkeerplaatsen op straat in een deel van de zuidwestelijke binnenstad. De ruimte die daardoor vrijkomt, wordt ingezet voor wandelen, fietsen, verblijven en het parkeren van fietsen. Inwoners die nu nog op straat parkeren, kunnen straks terecht in een van de vier parkeergarages rond de binnenstad en een deel kan voorlopig blijven parkeren op straat. Deze garages verschillen in omvang, gebruik en ligging, wat vraagt om maatwerk in de verdeling van de parkeerrechten. We kijken goed wie we waar laten parkeren en tegen welke kosten. Bewoners betalen nu zo’n 200 euro per jaar voor een parkeervergunning op straat. Straks kunnen ze die omzetten naar een abonnement voor een parkeergarage. Vanaf 2026 komen er ook nieuwe regels voor de toegang tot de binnenstad.”

Een toekomstbestendige binnenstad

Parkeren speelt een cruciale rol in het mobiliteitsbeleid van Delft. “Het is een van de belangrijkste instrumenten om mobiliteitsgedrag te beïnvloeden,” zegt Van der Kraan. Tegelijkertijd is het een onderwerp dat leeft. “Iedereen kijkt met zijn eigen blik naar de voor- en nadelen van een autoluwer gebied. Leefbaarheid betekent voor de een iets anders dan voor de ander. Met het parkeerbeleid hebben we gezocht naar een goede balans tussen alle belangen. Het is een puzzel en je kunt helaas niet iedereen 100% tevreden stellen.”

Goede voorbereiding is cruciaal

Een belangrijke succesfactor: de feiten op orde hebben. “Zorg dat je data op orde is,” adviseert Van der Kraan: “We hebben uitgebreid onderzocht hoe de bezetting op straat en in de parkeergarages eruitziet – en niet alleen gemiddeld, maar ook tijdens piekmomenten, zoals evenementen. Zo kun je goed onderbouwen wat mogelijk is en wanneer.” Ook waarschuwt hij voor zwart-wit denken. “Autoluw betekent niet dat alle parkeerplaatsen op straat meteen weg moeten. Het heeft tijd gekost om daar realiteitszin in te krijgen. Elke plek die je weghaalt, is winst. Je hoeft het niet allemaal in één keer te doen.”

Timing is essentieel

Dat Delft ervoor kiest om de uitbreiding gefaseerd door te voeren, vindt Van der Kraan een verstandige aanpak: “Ik ben blij dat we dit in stappen doen. Het kost tijd, maar zo kunnen we bijsturen waar nodig. We willen dit zorgvuldig aanpakken. De gemeente heeft sinds 2020 gewerkt aan het plan, met veel ruimte voor participatie. Er zijn diverse inloopbijeenkomsten georganiseerd, en bewoners worden stapsgewijs meegenomen.”

Meten en evalueren

Kay:” Na de eerste stap volgt een evaluatie. We kijken dan naar de bezetting op straat en in de parkeergarages. Is er voldoende ruimte voor bewoners, ondernemers en bezoekers? Pas na twee jaar wordt besloten of de tweede fase doorgaat, waarin ook in de resterende straten in het zuidwestelijke deel van de binnenstad parkeerplaatsen worden opgeheven.”

Delft is aangesloten bij SHPV en werkt voor de uitvoering van het parkeerbeleid samen met ParkerenDelft. Deze samenwerking maakt het mogelijk om de plannen integraal en goed onderbouwd uit te voeren. Met deze uitbreiding van het autoluwe gebied zet Delft opnieuw een stap richting een duurzame, aantrekkelijke en toekomstbestendige stad – en laat daarmee zien hoe belangrijk een doordacht parkeerbeleid is in de stedelijke mobiliteitstransitie.